16 okt 2024 - Redactie VG Visie

VG Visie Daily #94: Wij doen als gemeente alles om zoveel mogelijk woningen aan de stad toe te voegen

Dennis de Vries (PvdA) is vanaf juni 2022 wethouder Wonen in Utrecht. Hij kent de stad goed want tot 2018 was bij docent en directeur van een basisschool in Overvecht. Qua wonen zijn de uitdagingen in Utrecht even groot als in de andere grote steden; projecten liggen relatief lang stil, er is te weinig aanbod voor de vraag en sommige wijken in de stad hebben het nog steeds zwaar.

Er is woningnood in Nederland. Op welke manier kan Utrecht een bijdrage leveren aan het oplossen van dit probleem?

‘Utrecht heeft, net als veel steden in Nederland, te maken met woningnood. We verwachten dat er in 2040 470.000 mensen in de stad wonen. Al deze mensen verdienen een prettige, betaalbare woning. Tegelijkertijd is het eerlijke verhaal ook dat dat lastig is: de wachtlijsten voor sociale huurwoningen zijn lang, in de koopsector komen veel mensen – vooral de mensen met een middeninkomen – er eigenlijk niet tussen. Als gemeente zetten we alles op alles om zoveel mogelijk woningen aan de stad toe te voegen. Permanente bouw heeft onze voorkeur. We bouwen volop, denk aan projecten als Merwede, het Beurskwartier en straks hopelijk ook in Rijnenburg..’

En tijdelijk wonen?

‘Daarnaast zetten we in op tijdelijk wonen voor maximaal 10 jaar. Daarmee kunnen we in het hier en nu woningen toevoegen. Deze tijdelijke woningen zijn bedoeld voor uiteenlopende doelgroepen, ook mensen die met spoed een woning nodig hebben; studenten, starters en statushouders. Ook kijken we hoe we de bestaande woningvoorraad beter kunnen benutten. Een voorbeeld hiervan is de Leegstandverordening, in Utrecht staan zo’n 1500 woningen langdurig leeg. Hiermee verplicht de gemeente om leegstand te melden als een woning langer dan zes maanden leegstaat. Wie geen melding doet, riskeert een boete. Eigenaar en gemeente gaan in gesprek over de reden van leegstand en kijken hoe de woning zo snel mogelijk weer in gebruik kan worden genomen. Als dit na twaalf maanden nog steeds niet is gelukt, kan de gemeente een gebruiker voordragen. Andere voorbeelden zijn hospitaverhuur en het bevorderen van de doorstroming, bijvoorbeeld met een verhuisadviseur voor 55+’ers en de verhuispremie.’

Kan jij iets doen aan scheef wonen in de stad?

‘Het aandeel mensen dat goedkoop scheefwoont bedraagt in Utrecht ongeveer 6 procent en ligt hiermee onder het landelijk gemiddelde. Dit aandeel is als gevolg van Rijksbeleid drastisch afgenomen van 21 in 2012 tot 6 procent in 2021. Het aandeel mensen dat duur scheefwoont is 11 procent. Daarom zetten we Utrecht in op betaalbaar wonen, zowel in huur als koop.’

Veel bouwers en ontwikkelaars klagen over de lange procedures in de steden. Kunnen jullie er iets aan doen om die te verkorten?

‘Als er sprake is van een wijziging van een omgevingsplan is er inderdaad vaak sprake van een lange ontwikkeltijd van woningbouwprojecten. Soms ligt dit aan de gemeentelijke procedures, maar de doorlooptijd wordt ook bepaald door veel externe factoren; factoren die de voortgang van woningbouwprojecten beïnvloeden, maar waar wij weinig tot geen invloed op hebben. Denk aan: de marktomstandigheden zoals rentestanden, de noodzakelijke wettelijke procedures, de wetgeving en andere externe factoren zoals het stikstofbeleid, netcongestie, geluidhinder, flora- en faunawetgeving en dergelijken. Met onder meer het lobbyen proberen we invloed uit te oefenen deze onderwerpen, zoals bijvoorbeeld de doorlooptijd bij de Raad van State.’

Wat doen jullie zelf?

‘Waar wij wel invloed op hebben, daar sturen wij direct op. Denk aan: een zo licht mogelijke procedure: Bij elk woningbouwinitiatief wordt onderzocht wat de zo licht mogelijke juridisch-planologische procedure kan zijn voor het in behandeling nemen van de aanvraag. En parallel werken, in het kader van de invoering Omgevingswet per 1 januari 2024 is het planproces gewijzigd. Wat we ook doen is het bovenwettelijke eisen aanpassen naar wensen/de Utrechtse Aanpak; onderzocht is of inhoudelijke “eisen” ook inhoudelijke “wensen” kunnen worden. Kan er maatwerk geleverd worden in ons eigen beleid om het project te versnellen en het woningbouwproject daarmee eerder financieel haalbaar te krijgen?’

Hoe kan je de stad betaalbaar houden voor normale Utrechters?

‘We doen ons best om woningen beschikbaar en betaalbaar te houden. Bij nieuwe bouwprojecten gaan we uit van 40 procent sociale huur, 35 procent woningen uit de middengroep en 25 procent duurdere woningen. 60 procent van de woningen in Utrecht kan na het kopen niet meteen worden verhuurd aan iemand anders. En we staan niet toe dat huurders te veel moeten betalen, worden bedreigd of gediscrimineerd.’

Welke strategie qua woningbeleid is het meest effectief om Overvecht en Kanaleneiland er bovenop te helpen?

‘Vanuit Wonen kunnen we door middel van een gevarieerder woningaanbod – gekoppeld aan voorrang voor wijkbewoners – enerzijds bewoners behouden voor de wijk en anderzijds andere mensen een betaalbaar alternatief bieden. Wonen is echter maar een van de schakels die invloed heeft op de leefbaarheid van de wijk. Daarom hebben we voor Kanaleneiland ook de buurtagenda en voor Overvecht het integrale programma Samen voor Overvecht.’

Corporaties verkochten in Utrecht veel panden aan de markt, maar dat moet nu stoppen van de gemeente. Gaat dat helpen om ervoor te zorgen dat corporaties weer gaan doen wat ze moeten doen?

‘Woningcorporaties bezitten en beheren het grootste deel van de sociale huurwoningen in Utrecht. Deze woningen zijn bedoeld voor mensen met lage inkomens en andere kwetsbare groepen. Door verkoop van sociale huurwoningen door corporaties, verdwijnen deze woningen uit de sociale huursector. Dit heeft twee gevolgen: minder betaalbare huurwoningen en verhoging van huurprijzen. Daarom is in het coalitieakkoord een ‘Stop de verkoop’ afgesproken. Dat is een principiële kwestie.’

Vind je dat particuliere verhuurders belangrijk zijn voor het woningaanbod in de stad of zie je dat als een overheidstaak?

‘Wonen is een grondrecht. Als overheid hebben we daar een belangrijke verantwoordelijkheid in – net zoals we hebben voor goed onderwijs en zorg. In Utrecht zetten we in op de overgang van woningmarkt naar volkshuisvesting. Daar hoort ook regulering bij. Natuurlijk hoort particuliere verhuur bij een stad, maar ook daar kijken we naar waar regulering mogelijk en wenselijk is. Bijvoorbeeld met de opkoopbescherming. In Utrecht hanteren we het principe dat sociale huur corporatiehuur is; daarbij zijn corporaties onze primaire samenwerkingspartijen. Als het gaat om de vrije sector, proberen we waar mogelijk te sturen op de prijs-kwaliteit verhouding.  Daarom hebben we in 2017 bijvoorbeeld het Actieplan Middenhuur ingevoerd, zodat middeninkomens in een kwalitatief goede betaalbare woning kunnen Wonen.’

All rights reserved © 2025 Young Media