Erik Leijten is werkzaam als directeur regio zuid bij BPD en dus verantwoordelijk voor het ontwikkelen van vele leefomgevingen in de regio Eindhoven. Grote vraag: ziet hij wel eens dingen voorbijkomen die zouden helpen om de woningnood op te lossen?
‘Het is een groot probleem dat projecten onnodig lang duren door trage voorbereidingsprocessen en inspraakprocedures. Ik wil niet pleiten voor het beperken van het recht om voor jouw belangen op te komen als bewoner, maar we zijn daarin echt doorgeslagen en dat veroorzaakt enorme vertragingsschade. Dat gecombineerd met de gestegen rente, toegenomen bouwkosten en de regeldruk maken het tot een perfecte storm.’
‘Helemaal goed komen is nog een beetje vroeg, maar ik zie wel hoopvolle initiatieven in Brainport bijvoorbeeld waar bedrijven de handschoen echt oppakken. Bedrijven zoals ASML nemen hun verantwoordelijkheid en zeggen: als we willen dat mensen hier werken dan moet het ook een goede, interessante plek zijn om te leven. Het heeft betrekking op het voor hun belangrijke vestigingsklimaat’
‘Zeker, al is het nog een beetje experimenteren. Met ASML hebben wij een afspraak gemaakt dat zij met een garantstelling risico’s konden afdekken waarop wij 130 betaalbare woningen konden realiseren. Dat is een voorbeeld van samenwerken waar ik in geloof. Net zoals ik vind dat we moeten bekijken hoe gemeenten beter en structureler kunnen samenwerken met marktpartijen zodat je niet bij elk project weer helemaal opnieuw hoeft te beginnen. Dat gaan we nu in Eindhoven zien gebeuren.’
‘Wij doen veel projecten in Eindhoven, meerdere tegelijkertijd, en die samenwerking krijgt structureel vorm door in de toekomst met vaste teams te gaan werken. Zodat we bijvoorbeeld bij elke overeenkomst met dezelfde jurist werken en ervaring wordt opgedaan. Ik geloof echt in het vormen van zulke multidisciplinaire teams die meerdere projecten doen. De kern van het verhaal is dat dit team op een vast moment, op een fysiek plek samenkomt om samen te werken. Dat leidt uiteindelijk tot een versnelling en is ook leuker werken.’
‘Zeker, als je daar niet goed op let, want als in een gemeenschap mensen vanuit de hele wereld komen wonen dan is dat vaak interessant en leuk, maar soms ook vervreemdend. Er is in de regio duidelijk de keuze gemaakt voor groei, maar daarbij moeten we wel de vraag stellen: hoe gaan we zorgen dat we niemand kwijtraken in dat verhaal en dat we oog houden voor allen die er moeite mee hebben?’
‘Je moet samen echt het eerlijke narratief vertellen. Als we die groei willen doorzetten dan zullen daar niet overheen kunnen stappen. We moeten vertellen, verbeelden wat dit allemaal gaat betekenen voor de stad, voor de mensen.’
‘Ja want een woord als ‘verdichting’ klinkt nog overzichtelijk, maar het betekent ook dat het drukker wordt en je wellicht lastiger kunt parkeren. Het betekent ook andere levensstijlen en gewoontes. Is dat leuk? Vaak wel, maar het is misschien ook wel even wennen. En dat mag ook.’
‘Ja, dat gebeurt soms, en dat voelt de bewoner in de wijk ook. En uiteindelijk hebben we daar allemaal last van, er ontstaat wantrouwen op zo’n moment. In the end snapt die bewoner best dat er iets moet gebeuren. Iedereen wil toch een betaalbaar huis voor z’n kind en iedereen wil een veilige plek waar z’n moeder oud kan worden.’
‘Die voorbeelden van publiek-private samenwerking zijn hoopgevend, maar niet genoeg. Het is aan de landelijke politiek iets te doen aan de ellenlange bezwaarprocedures. En daar zal de lef moeten ontstaan om moeilijke keuzes te maken als wij deze woningbouwproductie willen behalen. Dan zullen ze grote nieuwe locaties moeten aanwijzen voor woningbouw, want dat is nodig. En niet langer de kop in het zand steken als het gaat om beperking van stikstof uitstoot. Ook daar is behoefte aan een eerlijk verhaal.’