01 dec 2025 - Redactie VG Visie

Arjen van Drunen: ‘De woningzoekende mag niet het kind van de rekening worden’

Arjen van Drunen (GroenLinks-PvdA) is wethouder Wonen in Breda. De stad is populair en er zijn de komende jaren veel nieuwe woningen nodig. Maar dat proces gaat niet altijd even soepel. Wat zijn de grootste uitdagingen? En hoe zorgt de gemeente ervoor dat er niet alleen genoeg, maar ook betaalbare woningen bijkomen?

Heb jij een pittige baan?

‘Ja, maar ook een hele leuke. Het mooie aan wethouderschap is dat je beslissingen neemt over je directe omgeving. Ik fiets regelmatig met mijn kinderen langs bouwprojecten en dan zie ik dat iets waar ik over heb besloten, nu gebouwd wordt. Dat maakt het tastbaar. Laatst fietste ik om half elf ‘s avonds naar huis vanaf het stadhuis. Ik kwam langs een voormalig kantoorgebouw dat we hebben getransformeerd naar 55 sociale huurwoningen. Vroeger was het daar na kantoortijd donker, maar nu brandde er licht. Mensen wonen er, hebben een thuis. Dat geeft voldoening.’

Wat zijn de grootste uitdagingen in Breda?

‘Onze bouwopgave is voor 90 procent binnenstedelijk. We hebben veel oude fabrieksterreinen die we omvormen tot woongebieden. Dat is een luxe, want we kunnen bouwen zonder nieuwe stukken land vol te zetten. Maar het is ook complex: je bouwt altijd in de buurt van bestaande woningen. Omwonenden ervaren overlast, zien hun uitzicht veranderen en maken zich zorgen over parkeerdruk. Dat zorgt voor protesten en discussies dus het vergt veel uitleg en zorgvuldigheid om dit goed te laten verlopen.’

Ik las over het bouwproces bij De Faam waar appartementen komen en de overburen zijn bang voor het uitzicht. Wat doet dat met je, die protesten?

‘Mensen hebben het recht om hun stem te laten horen. Wat mij raakt, is dat protesten soms projecten vertragen, terwijl duizenden mensen wachten op een woning. Laatst zei iemand tegen me: ik ben het zat dat de woningnood steeds als argument wordt gebruikt. Toen zei ik: ik ben het zat dat de problemen van woningzoekenden worden gebagatelliseerd. Natuurlijk moeten we luisteren naar bezwaren, maar op een gegeven moment moeten we door. Of we nemen een aangepast besluit want eindeloos protesteren helpt niemand.’

Is het lastig om mensen het collectieve belang uit te leggen?

‘Ja. Participatie gebeurt vaak met de bestaande bewoners. Logisch, maar zij kijken vanuit hun eigen belang. Ze willen bijvoorbeeld genoeg parkeerplekken of al het groen behouden. De mensen die er komen wonen, hebben soms andere wensen. Ik zou willen dat we ook de stem van woningzoekenden meer laten meetellen bij de inrichting van nieuwe buurten. Wat willen zij? Hoe kunnen we daar rekening mee houden?’

Moeten procedures sneller?

‘Ja, en niet alleen voor woningzoekenden, maar ook voor bezwaarmakers. Niemand heeft baat bij jarenlange onzekerheid. Ik geloof in een soort snelrecht voor woningbouwprocedures: als je bezwaar maakt, moet daar binnen drie maanden serieus naar gekeken worden, met een duidelijke ja of nee. Dat voorkomt eindeloos juridisch getouwtrek en zorgt voor meer duidelijkheid.’

Wat kan nog meer versnellen?

‘We moeten processen meer parallel uitvoeren. Vaak volgen onderzoeken elkaar op: eerst archeologisch, dan flora en fauna, en pas daarna de vergunningen. Waarom niet tegelijkertijd? Daarnaast kan standaardisatie helpen. Denk aan prefab bouwen en modulaire woningen. In de tijdelijke woningbouw werkt dat goed en die kennis moeten we ook toepassen op permanente woningen.’

Hoe kijk je naar de bouwcijfers in Breda? Er zijn in 2024 volgens het CBS iets meer dan 400 woningen opgeleverd.

‘De landelijke dip afgelopen jaar in het aantal toegevoegde woningen was ook in Breda te zien. De woningbouw in Breda is echter op gang gekomen. Gedurende 2025 zijn inmiddels circa 1.200 woningen opgeleverd, in projecten als Post, Cosun, Eureka en met tijdelijke woningen op diverse locaties. Voor de komende jaren gaat dat oplopen naar gemiddeld 1.700 woningen per jaar. We hebben een doel van 6000 woningen in deze bestuursperiode, waarvan 30% sociaal en 40% middeldure huur en koop. Op dit moment zitten we op 5200 woningen in harde plannen. We moeten nog 800 woningen plannen en daar werken we nu gericht aan.’

Moeten gemeenten meer sturen op woningtypen?

‘Ja. En dat begint met helderheid. Wij zeggen vooraf: in dit project moet 30% sociaal, 40% middensegment en 30% vrije sector komen. Projectontwikkelaars klagen soms over te veel verplichtingen, maar uiteindelijk helpt deze duidelijkheid hen ook. Ze weten precies waar ze aan toe zijn en kunnen daar hun businessmodel op afstemmen. Wat wel vertraging oplevert, is als je vaag bent over je wensen. Dan blijft een ontwikkelaar terugkomen met aangepaste plannen en verlies je tijd.’

Hoe zorg je voor voldoende bouwvakkers?

‘We hebben een miljoen euro geïnvesteerd in een bouwschool, samen met bouwbedrijven uit de regio. Studenten krijgen een opleiding en een aanstelling bij een bedrijf. Zo zorgen we ervoor dat we niet alleen voldoende woningen plannen, maar ook genoeg mensen hebben om ze te bouwen. Personeelstekorten worden de grootste uitdaging voor de bouwsector, groter dan financiële beperkingen. We moeten dus ook kijken naar technologie en prefab bouwen om menskracht te besparen.’

Waarom werkt dat goed?

‘Niet omdat we anderen willen weren, maar omdat continuïteit belangrijk is. Sommige ontwikkelaars uit de Randstad komen hierheen, bouwen een project, pakken hun winst en vertrekken. Maar een ontwikkelaar die hier vaker bouwt, denkt ook aan de stad op lange termijn. Die neemt soms genoegen met een project met minder marge, omdat hij weet dat hij bij een volgend project weer kansen krijgt. Ik doe graag zaken met bedrijven die ook na oplevering verbonden blijven aan de stad. Bijvoorbeeld door een maatschappelijke of commerciële plint in eigendom te houden en te verhuren. Dat zorgt ervoor dat ze niet alleen bouwen voor de korte termijn, maar ook betrokken blijven bij de leefbaarheid op de lange termijn.’

Wat moet er de komende jaren gebeuren om de woningbouw echt vooruit te helpen?

‘We moeten sneller en slimmer bouwen, en tegelijk vasthouden aan betaalbaarheid. Dat betekent focus aanbrengen: welke projecten gaan we echt doorzetten? Plus technologie beter benutten: meer prefab, meer modulaire bouw en samenwerken met ontwikkelaars die oog hebben voor de stad op lange termijn. Bovenal moeten we de woningzoekenden niet vergeten. Zij mogen niet het kind van de rekening worden.’

Naam
Arjen van Drunen

Werkt als
Wethouder Wonen, Onderwijs, Gezondheid en Verbeter Breda

Waar ben je het meeste trots op?
‘Dat Breda grootschalig laat zien dat je met modulaire woningen echt kan versnellen en dat de bibliotheek terugkomt in onze Bredase wijken!’

Welk boek is je altijd bijgebleven?
‘Grand Hotel Europa van Ilja Leonard Pfeijffer.’

Welke film of serie maakte indruk?
‘Ik heb vorig jaar Die Kaiserin gekeken. Heel leerzaam om parallellen te trekken tussen de periode van de 19e eeuw en nu.’

Welke sport doe je?
‘Wielrennen, MTB.’

Wat is je favoriete stad?
‘Breda.’

Hoe laat sta je op?
‘Half 7, en met de kids soms al eerder, zucht!’

Wat is jouw favoriete vakantiebestemming?
‘Ik hou van veel verschillende dingen zien, dus heb geen favoriete bestemming!’ 

Wie is jouw voorbeeld en waarom?
‘Ik geloof niet zo in één voorbeeld, wel probeer ik te leren van veel verschillende mensen.’

All rights reserved © 2025 Young Media