02 jun 2024 - Erwin Asselman

Beter ten halve gekeerd dan ten hele gedwaald

De afgelopen jaren zijn er veel belastingverhogingen geweest die ook vastgoedbeleggers/ondernemers raken. Vaak waren dit ook nog eens maatregelen die op een achterna middag of zelfs midden in de nacht al dan niet in een ondoordachte opwelling zijn genomen.

Voorbeelden daarvan zijn:
  • Een beperking van de 30%-regeling voor expats (midden in de nacht);
  • De afschaffing van de regeling waarbij beursgenoteerde bedrijven geen dividendbelasting verschuldigd zijn over de inkoop van eigen aandelen (midden in de nacht);
  • Verhoging van het hoogste box II tarief van de voorgenomen 31% naar 33% (midden in de nacht);
  • Verhoging van het box III tarief van 34% naar 36% (midden in de nacht);
  • Aanscherping van de generieke renteaftrekbeperking in de vennootschapsbelasting van 30% van de fiscale Ebitda naar slechts 20% van de fiscale Ebitda (op een achter namiddag).

Kennelijk is het midden van de nacht en een achter namiddag een zeer slecht moment om beslissingen te nemen. Er was echter het mogelijke vertrek van een van de parels van de Nederlandse economie voor nodig om politici weer het basis beginsel te doen begrijpen dat per saldo alles betaald wordt door het bedrijfsleven. Werknemers, ambtenaren, mensen met een uitkering zijn uiteindelijk allemaal afhankelijk van de verdiencapaciteit van het bedrijfsleven. Het is dus uitermate dom of getuigd van onverantwoord politiek opportunisme om de financiële basis van alles in dit land ordinair weg te belasten zo erg zelfs dat een aantal bedrijven al zijn vertrokken en andere bedrijven daar serieus over nadenken. Die conclusie lijken ook de aanstaande regeringspartijen te hebben getrokken omdat in het hooflijnenakkoord een groot deel van de hierboven vermelde wijzigingen worden terug gedraaid. Dit onder het motto: “beter ten halve gekeerd dan ten hele gedwaald”. Met het terugdraaien van een aantal maatregelen is men er wat mij betreft nog niet. De Nederlandse regeling die de renteaftrek in de vennootschapsbelasting beperkt is een van de minst genereuze in Europa. Na de aanpassingen op basis van het hoofdlijnen akkoord mag er 25% (in plaats van 20%) van de fiscale Ebitda worden afgetrokken waarbij deze regel niet geldt voor een rentesaldo tot aan € 1.000.000 (pas bij een rentesaldo van meer dan € 1.000.000 wordt de 25% Ebitda regel relevant voor de vraag of er daarboven nog aftrek mogelijk is). In België bijvoorbeeld is de aftrek 30% in combinatie met een bedrag waarvoor de regel niet geldt van € 3.000.000. Kortom vergeleken met onze zuiderburen is onze regeling vrij karig. U moet daarbij bedenken dat het hierbij niet om rente gaat aan gelieerde partijen en dergelijke maar veelal om rente die aan de bank of een andere externe financier wordt betaald. Die rentes zijn de afgelopen periode enorm gestegen. Indien deze verhoogde rentelast dan ook nog niet aftrekbaar is komen partijen die investeren via een vennootschap van de regen in de drup. De verhoging van het aftrekpercentage van 20% naar 25% is volgens het hoofdlijnenakkoord ingegeven door een aansluiting bij het Europese gemiddelde. Ik stel voor dat ze datzelfde doen met bedrag waarvoor dat percentage niet geldt en dat te verhogen naar bijvoorbeeld € 2.000.000. Om te voorkomen dat, dat bedrag per vennootschap zou gelden zou je nog kunnen opnemen dat het bedrag geldt voor alle partijen die tot hetzelfde concern en/of groep behoren. In België hebben ze ook een dergelijke regeling. In dat geval kan ook het plan om voor vastgoedinvesteerders via vennootschappen het bedrag van € 1.000.000 met ingang van 1 januari 2025 af te schaffen in de koelkast.

René Maat, Belastingadviseur en partner Rechtstaete Vastgoedadvocaten en Belastingadviseurs

All rights reserved © 2024 Young Media