18 mrt 2025 - Redactie VG Visie

VG Visie Daily #130: ‘We zijn het verleerd om groot te denken, hebben last van Bijlmerangst’

Jeroen de Willigen is voorzitter van de BNA, de vereniging die de belangen van architectenbureaus behartigt. Hij heeft een duidelijke visie op hoe de wooncrisis aangepakt moet worden. Die visie is verrassender dan je misschien zou denken.

Jullie hebben de uitkomsten van de WoonTop mee ondertekend. Betekent dat dat je volledig achter de conclusies staat?

‘Ja, in grote lijnen wel. We geloven als BNA sterk in de urgentie van de woonproblematiek. Er moet gewoon gebouwd worden, en snel ook. Maar de oplossing is niet zo eenvoudig. Er is niet één bepaalde maatregel die de wooncrisis oplost. Het moet van alle kanten komen: van de overheid, van de markt en van samenwerking tussen partijen. Wat me opvalt, is dat er vaak een soort stilstand ontstaat, niet omdat partijen niet willen, maar omdat ze elkaar niet goed begrijpen. En daar zit een groot probleem.’

Waar zie jij die stilstand ontstaan?

‘Bijna elk bouwproject heeft zijn eigen knelpunten. Soms is het omdat een ontwikkelaar denkt dat hij beter kan wachten tot de prijzen dalen. Soms omdat een gemeente extra eisen stelt, bijvoorbeeld op het gebied van duurzaamheid of parkeernormen, die het project onhaalbaar maken. Soms is het infrastructuur die niet op tijd wordt gerealiseerd. Wat wij als architecten goed zien, is dat er geen eenduidige reden is waarom projecten vertragen of vastlopen. Elk project stokt om een andere reden.’

Wat maakt architecten geschikt om die problemen te doorzien?

‘Architecten zitten midden in het bouwproces, maar zonder de grote financiële belangen die andere partijen hebben. Een ontwikkelaar of aannemer heeft zijn verdienmodel, een gemeente heeft beleidsdoelen, een investeerder kijkt naar rendement. Wij architecten worden betaald voor ons ontwerp en uitwerking, en dat bedrag is maar een klein percentage van de totale kosten. Daardoor hebben we er vooral baat bij dat projecten gewoon doorgaan. Wij zien dus goed waar de bottlenecks zitten. En we zien hoe vaak het gebrek aan vertrouwen of een slechte samenwerking de oorzaak is van stilstand. Daarom pleiten wij als BNA voor betere samenwerking tussen de verschillende partijen.’

Waardoor hebben ontwikkelaars en bouwers moeite om die grote aantallen te halen?

‘Na de financiële crisis in 2008 zijn we steeds kleiner gaan denken. We waren bang voor grote projecten, bang voor risico’s. Terwijl we in de wederopbouw en later met de Vinex-wijken wel op grote schaal durfden te bouwen. Nu doen we dat nog maar zelden, bouwen en ontwikkelen op een grote schaal roept weerstand op. Dat noem ik de Bijlmerangst.’

Bijlmerangst?

‘Dat is de angst dat als je groot bouwt, je automatisch een onpersoonlijke, onleefbare wijk creëert. Natuurlijk moeten we leren van fouten uit het verleden, maar het is ook een mythe dat je in grote projecten geen kwaliteit kunt bieden. De technologie en de stedenbouwkundige inzichten zijn zoveel beter dan toen. De Bijlmer, zoals die oorspronkelijk bedacht was, zouden we nu nooit meer op die manier bouwen. Maar dat betekent niet dat grootschalige bouwprojecten per definitie verkeerd zijn. Kijk naar Amsterdam-Noord, naar Overhoeks. Daar bouwt een vaste groep partijen samen een gebied, waarbij ze leren van elke fase. Dat zorgt voor snelheid en kwaliteit.’

En dat zouden bouwers en ontwikkelaars overal moeten doen?

‘Exact. Maar op een of andere manier gunnen we partijen niet de kans om op basis van opgedane ervaring een volgende fase beter te doen. Elke keer moeten er weer nieuwe partijen instappen en dat kost tijd. Dat vertraagt de bouw en verhoogt de kosten. Terwijl het juist zo logisch zou zijn om te zeggen: deze ontwikkelaar, deze aannemer en deze architect hebben bewezen dat ze het kunnen, laat ze doorbouwen. Maar nee, dan moet er weer een aanbesteding komen, en moet alles opnieuw worden uitgevonden. Dat is zonde.’

Zou dat ook binnenstedelijk kunnen? Of is dit vooral iets voor nieuwe locaties buiten de stad?

‘Beide. Je kunt binnenstedelijk versnellen door grootschalig en slim te ontwikkelen. Als je in een bestaande stad bouwt, is de infrastructuur er al, en dat scheelt tijd. Maar ook buitenstedelijk kunnen grote projecten veel sneller als je ze goed aanpakt. Het probleem is alleen dat we telkens in kleine stapjes denken: hier een straatje, daar een blokje. Dat is inefficiënt. De straat ligt er al, waarom dan niet doorbouwen?’

Je pleit dus eigenlijk voor meer continuïteit in het bouwproces?

‘Precies. In Groningen hadden we een project waarbij de corporatie, de ontwikkelaar, de aannemer en wij als architecten samen afspraken dat elke volgende fase sneller, goedkoper en beter moest zijn dan de vorige. Dat werkte. Maar dat vraagt vertrouwen en een lange termijnvisie.’

Wat is er nodig om dat vertrouwen te creëren?

‘Meer regie in de projecten. En daar ligt een taak voor de overheid. Wat helpt, is een supervisor of stadsbouwmeester die over het geheel waakt. Iemand die de taal spreekt van zowel de markt als de gemeente, en die snapt wanneer een regel een project onnodig blokkeert. Ik heb lang als stadsbouwmeester in Groningen gewerkt en zag hoe waardevol het is als er iemand is die het grotere plaatje in de gaten houdt. In Nederland zien we dat in Amsterdam bijvoorbeeld, waar de gemeente duidelijk sturing geeft en dat versnelt de projecten.’

Zou een regisseur op nationaal niveau ook helpen?

‘Ja, ze zouden de Rijksbouwmeester zou daarvoor een grotere rol kunnen geven. Iemand zonder direct belang, die niet wordt beïnvloed door marktpartijen, maar ook niet vastzit in ambtelijke regels.’

Zijn er nog meer problemen die jullie in de praktijk tegenkomen?

‘Een opdrachtgever kiest een architect, die maakt een ontwerp, en vervolgens wordt dat ontwerp weer uitgewerkt door een ander bureau. En dan komt er nog een aannemer bij die er ook weer iets van vindt. Dat hele proces wordt steeds in losse stukjes gehakt, terwijl het veel sneller zou gaan als je vanaf het begin een team vormt dat het hele traject doorloopt. Ik heb dat laatst nog gezegd tegen iemand van Bouwend Nederland: waarom blijven we dit doen? Het levert alleen maar vertraging en extra kosten op.’

Moet de overheid dan meer de regie nemen?

‘Niet per se door meer regels opleggen, maar juist door flexibiliteit te creëren. Wat we nu zien, is dat regels vaak met elkaar in tegenspraak zijn. Een stad wil verduurzamen, maar legt dan zulke strenge parkeernormen op dat een project onhaalbaar wordt. Of er is een gemeentelijk plan, maar er wordt vervolgens veel participatie gevraagd dat het jaren duurt voordat de eerste steen gelegd kan worden. Je hebt iemand nodig die kan zeggen: deze regel schuiven we even opzij, want hij belemmert het grotere doel.’

Ben je optimistisch over de toekomst?

‘Ja, want er zit beweging in. De WoonTop heeft laten zien dat er draagvlak is voor verandering. Gemeenten, ontwikkelaars en bouwers zien de urgentie. Maar we moeten nu doorpakken. Lef tonen. Stoppen met het wiel telkens opnieuw uitvinden. Als we dat doen, kunnen we deze crisis oplossen.’

Jeroen de Willigen Voorzitter van de BNA, stedenbouwkundige bij De Zwarte Hond en supervisor in diverse gemeentes.

WAT IS HET BESTE ADVIES OOIT?
‘Make no little plans. They have no magic to stir men’s blood!’ van Daniel Burnham, hij legt ook goed uit waarom, zoek maar op.’
WAAR BEN JE HET MEESTE TROTS OP?
‘De plannen, de samenwerking en het resultaat van de Suikerzijde, een grote gebiedsontwikkeling in Groningen. De snelheid die we daar laten zien is ongekend.’
WELK BOEK IS JE ALTIJD BIJGEBLEVEN?
‘100 jaar eenzaamheid van Gabriel Garcia Marquez.’
WELKE FILM OF SERIE MAAKTE INDRUK?
‘Hier noem ik graag een toneelstuk: The Nation van Eric de Vroedt, een briljant theaterstuk in meerdere delen over de staat van onze samenleving.’
WELKE SPORT DOE JE?
‘Ik loop hard, maar te weinig.’
WAT IS JE FAVORIETE STAD?
‘Groningen, zonder twijfel, een stad die zich continu ontwikkelt door moedige publieke beslissingen.’
HOE LAAT STA JE OP?
‘Tussen 6 en 7 uur.’
WAT IS JOUW FAVORIETE VAKANTIEBESTEMMING?
‘Spanje.’
WAT IS HET BESTE RESTAURANT?
‘Restaurant Piloersemaborg alwaar Dick Soek al jaren de sterren van de hemel kookt, gelegen in het mooiste landschap van Europa.’
WAT IS JOUW MOTTO?
‘Action speaks louder than words.’
WIE IS JOUW VOORBEELD EN WAAROM?
‘H.P. Berlage. Hij was een uitgesproken rationalistische en zeer maatschappelijk geëngageerde architect en stedenbouwkundige.’

All rights reserved © 2025 Young Media