20 mei 2025 - Redactie VG Visie

VG Visie Daily #155: ‘De overheid wil de Tour de France winnen, maar blijft chips eten’

Coen van Rooyen is directeur van WoningbouwersNL, de branchevereniging voor bedrijven die verantwoordelijk zijn voor zo’n 80 procent van de woningbouwproductie in Nederland. Hij is regelmatig in Den Haag te vinden om beleid te beïnvloeden, al haalt hij daar niet altijd voldoening uit. ‘Ik zou graag zien dat we stoppen met het doen van de verkeerde dingen.’

Hoe ben je eigenlijk bij WoningbouwersNL terechtgekomen?

‘Ik ben mijn carrière begonnen als jurist, gespecialiseerd in vastgoed, met name waar ruimtelijke ordening, contractrecht en fiscaliteit samenkomen. Na een aantal jaar kwam ik bij deze club terecht als jurist. Toen de toenmalige directeur met pensioen ging, vroeg het bestuur: “Is het niks voor jou?” Ik wilde het wel doen, maar alleen als ik eerst mocht uitleggen wat ik anders wilde.’

Wat wilde je dan precies anders doen?

‘Ten eerste die naam. Toen heetten we nog NVB, de Nederlandse Vereniging voor Bouwondernemers. Maar die naam zei niemand meer iets en werd vaak verward met banken of bakkersverenigingen. Ik vond dat we gewoon moesten zeggen wat we zijn: woningbouwers. Dus werd het WoningbouwersNL. Daarnaast vond ik dat we veel zichtbaarder moesten worden. We namen wel stelling in de krant, maar als het ministerie ons uitnodigde om mee te denken over beleid, dan zeiden we: “Daar hebben we geen tijd voor.” Dat vond ik onverantwoordelijk.’

Je bent dus flink gaan investeren in communicatie?

‘Ja, heel bewust. We hebben een eigen studio gebouwd, met alles erop en eraan: camera’s, een presentatietafel, goede belichting. Daarmee zijn we gaan podcasten, webinars maken, filmpjes met experts. Tijdens corona gingen alle fysieke bijeenkomsten niet door, dus konden we met die studio juist heel veel leden bereiken. Inmiddels verhuren we hem ook als we hem zelf niet gebruiken.’

En inhoudelijk? Wat zijn de grote thema’s waar je je tegenaan bemoeit in Den Haag?

‘Alles dat raakt aan woningbouw: stikstofbeleid, huurregulering, planprocedures, netcongestie. Laatst zat ik nog bij het ministerie. Ze vroegen: “Waarom zakt die vergunningverlening zo in?” Nou, omdat het klimaat waarin we opereren totaal onbetrouwbaar is geworden. Neem bijvoorbeeld de huurbevriezing. Die kwam uit het niets in de voorjaarsnota, zonder advies of onderbouwing. Het kwam erdoor omdat Wilders in het laatste uur zei: we moeten iets doen voor de huurders. Dat soort maatregelen zorgt ervoor dat investeerders zich terugtrekken en plannen niet van de grond komen. Hoge ambtenaren zeggen dan tegen me: jullie moeten in de media vertellen over de duurzame projecten die wél gerealiseerd werden, maar dat is precies wat er níét moet gebeuren. We moeten het niet mooier voorspiegelen, maar de overheid moet weer de voorwaarden scheppen om te gaan bouwen: stabiel beleid, stikstof organiseren zodat wij aan de slag kunnen.’

Wat is het effect daarvan concreet op de woningbouw?

‘We hebben op papier capaciteit om de komende jaren 980.000 woningen te bouwen. Door de huurbevriezing en andere maatregelen vallen er zomaar 300.000 woningen weg. Waarom? Omdat projecten bestaan uit een mix: een derde sociaal, een derde betaalbaar, een derde vrij. Als je de sociale of betaalbare woningen niet meer verkocht krijgt aan corporaties of beleggers, dan kun je de rest ook niet bouwen. Je kunt een flat nu eenmaal niet voor een derde realiseren.’

Maar waarom gaat het dan toch zo vaak mis? Politici willen ook nieuwe huizen bouwen.

‘Nee, het is geen onwil. Veel mensen in Den Haag willen echt wel. Maar het is politiek kortetermijndenken. Een maatregel als de huurbevriezing levert op korte termijn applaus op, maar op lange termijn problemen. Er zitten daar mensen met een groot sociaal hart, die zeggen: “Die huurder moet geen €8 per maand meer betalen.” Maar de vraag is: wat is erger? Een paar euro huurverhoging of helemaal geen woning?’

Op zich is schaarste niet slecht voor bouwers.

‘Dat is het wrange. Bouwbedrijven zitten gemiddeld met een werkvoorraad van zo’n 15 maanden. Ze draaien prima. Als we 60.000 woningen per jaar blijven bouwen in plaats van 100.000, dan blijft de schaarste en stijgen de prijzen. Maar maatschappelijk is dat natuurlijk een ramp. Wij voelen die verantwoordelijkheid wel degelijk, maar het systeem werkt het tegen.’

Wat zou je een nieuwe regering adviseren om wel te doen?

‘Ik zou drie dingen doen. Eén: zorg dat er meer locaties beschikbaar komen waar je ook echt mag bouwen, dus met een bestemmingsplan. Twee: investeer fors in de randvoorwaarden: natuurherstel, energie-infrastructuur, drinkwater. Dat zijn de beperkende factoren. Drie: bouw voor de vraag. 70 procent van de Nederlanders wil een grondgebonden woning met tuin. Dan moeten we die kunnen bouwen, in plaats van alleen goedkope appartementen in de binnenstad.’

En wat moet er gebeuren met de huidige regels rond sociale en betaalbare woningbouw?

‘Die moet je loslaten. De verplichte verdeling van 1/3 sociaal, 1/3 betaalbaar, 1/3 vrij is niet realistisch. Nederland heeft al het grootste aandeel sociale huurwoningen van Europa. Willen we echt nog meer? Dan is het misschien beter om iets aan inkomens te doen. Geef mensen koopkracht, in plaats van het aanbod te blijven knijpen.’

Je klinkt vrij uitgesproken. Word je daar wel eens moe van?

‘Ha ha, soms. Ik heb het gevoel dat ik wekelijks hetzelfde verhaal vertel. Voor de korte termijn lijkt huurverlaging verstandig, maar het is simpele economie om te vertellen dat je op termijn meer dure woningen moet hebben. Dan schuiven mensen door naar een passende woning, verdienen ontwikkelaars geld en gaat alles draaien. Maar als ik zie dat ambtenaren het verhaal oppakken en doorvertellen aan de staatssecretaris of de minister, dan is het niet voor niets. We blijven het uitleggen, net zolang tot het kwartje valt. Maar ik zou graag willen dat we stoppen met zeggen dat we de Tour de France willen winnen, maar chips kopen in plaats van een fiets.’

Tot slot: zie je het somber in of ben je stiekem hoopvol?

‘Ik blijf optimistisch. Er komt vast weer eens een nieuw kabinet dat bestaat uit verstandige mensen die bereid zijn om keuzes te maken voor de lange termijn, dan kan het snel beter gaan. Maar dan moeten we wel stoppen met symbolisch beleid en gaan doen wat echt nodig is. Niet meer sleutelen aan het antwoordmodel, maar eindelijk echt leren voor het proefwerk.’

Persoonlijke vragen Coen van Rooyen

WAT IS HET BESTE ADVIES OOIT?
‘Wees lief.’
WAAR BEN JE HET MEESTE TROTS OP?
‘Professioneel ben ik trots op de transformatie die we met het team en met de leden van WoningBouwersNL de afgelopen jaren voor elkaar hebben gekregen. En in mijn persoonlijke leven ben ik erg trots op mijn kinderen.’
WELK BOEK IS JE ALTIJD BIJGEBLEVEN? 
‘Lastige keuze, ik lees veel. Ik heb als student veel plezier beleefd aan Ethica Nicomachea van Aristoteles. Maar ik heb recent bijvoorbeeld ook heel erg genoten van Al het blauw van de hemel van Mélissa Da Costa.’
WELKE FILM OF SERIE MAAKTE INDRUK?
‘In Meet Joe Black (1998) vond ik het samenspel indrukwekkend tussen Bill Parrish (Anthony Hopkins), die zich bewust is van zijn naderende einde, en Joe Black (Brad Pitt), die op formidabele wijze de personificatie van de Dood vertolkt.’
WELKE SPORT DOE JE?
‘Ik hockey al mijn hele leven. Daarnaast ga ik meerdere keren per week naar de sportschool en ga ik af en toe een stuk hardlopen.’
HOE LAAT STA JE OP?
‘Om 7:30u.’
WAT IS JOUW FAVORIETE VAKANTIEBESTEMMING?
‘Die heb ik niet. De hele wereld is mooi.’
WAT IS HET BESTE RESTAURANT?
‘Dat hangt van mijn stemming af, maar ik hou van kleine, authentieke plekken waar met liefde wordt gekookt.’

All rights reserved © 2025 Young Media